-
1 een eenzelvig mens
een eenzelvig mensVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een eenzelvig mens
-
2 eenzelvig
1 self-contained ⇒ retiring, solitary, introverted, 〈 terughoudend〉 unsociable, 〈 terughoudend〉 reserved♦voorbeelden:1 een eenzelvig mens • a loner; 〈 informeel〉 a lone wolf; an introvert; 〈 pejoratief〉 a bad mixer 〈 in gezelschap〉hij is erg eenzelvig • he keeps (very much) to himself -
3 solitaire
-
4 mixer
n. mixer; (koosnaam) voor feest met als doel kennis maken met mensen[ miksə]♦voorbeelden:a good mixer • een gezellig/onderhoudend mens -
5 a bad mixer
-
6 sauvage
sauvage [soovaazĵ]1 wild ⇒ ongetemd, woest♦voorbeelden:un sauvage • barbaarà l'état sauvage • in 't wildretourner à l'état sauvage • terugkeren tot de natuurle sauvage • de primitieve mens, wilde→ grève1. m/f2) barbaar3) onmens, wreedaard2. adj1) wild2) wreed3) ongerept4) woest, verlaten5) eenzelvig, schuw6) spontaan
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский